Shuttlekids Day

Beste clubverantwoordelijke.

Je wil genieten van de subsidies van het badminton+ project en een Shuttle Kids Day organiseren in je club. Badminton Vlaanderen stelt een flyer ter beschikking die je kan gebruiken om dit evenement aan te kondigen. Deze kan je hier onderaan downloaden.

Een Shuttle Kids Day moet een leuk spelmoment zijn van ongeveer anderhalf uur in het begin of op het einde van het seizoen voor alle eigen jeugdspelers en kan ook open staan voor nieuwe leden. Je kan bijvoorbeeld de jongeren aansporen om een aantal van hun vriendjes mee te brengen. Dit kan tijdens de gewone trainingsmomenten of op een andere tijdstip plaatsvinden.

Mogelijke doelstellingen

  • Leuke start of afsluiting van het seizoen. Betrokkenheid alle medewerkers waarderen en stimuleren.
  • Betrokkenheid van de ouders: helpen bij de verschillende activiteiten.
  • Aan de hand van badminton gerelateerde activiteiten kennis maken met Shuttle Kids.
  • Verdeling van de beschikbare materialen voor het opstarten van Shuttle Kids in de club: ID, Coach werkboek, witte startbandjes en de gadgets voor spelers die een traject doorlopen hebben (SKD in 2020).
  • Recrutering nieuwe leden.
  • Toelichten van het project aan alle trainers en ouders.

Aanpak

  • Mini-instuif: 10 spelletjes vrije rondgang met invulkaartjes. Ongeveer anderhalf uur spelletjes. Deze invulkaartjes kan je hier downloaden.
  • Individueel: 3 kansen om je beste score te halen. Alle oefeningen afwerken vooraleer tweede beurt bij dezelfde oefening. De begeleiders vullen de voorlopige score in. De beste score wordt behouden (1,2 of 3 punten, zie draaiboek hieronder).
  • Per twee: leerlingen dagen telkens iemand anders uit. Weigeren mag niet: ‘best of three’ voor elk van de oefeningen (1x):de begeleider vult 1, 2 of 3 punten in (zie draaiboek oefeningen).
  • Ongeveer anderhalf uur activiteit.
  • Uitleg project Shuttle Kids, uitleg ABC voor duurzame motivatie en fair play.
  • Begin of einde seizoen: september of mei-juni.
  • Alle trainers aanwezig: hulp bij de standjes, betrokkenheid bij het project stimuleren.
  • Aanwezigheid van het bestuur, betrokkenheid stimuleren.
  • Gekoppeld aan 25% van de mogelijke subsidies voor het badminton+ project inzake Shuttle Kids. Bewijs = aankondiging in een nieuwsbrief/foto/link op website) en de flyer aan ons bezorgen.

Draaiboek SKD

Organisatie: de spelers werken eerst de 10 oefeningen af vooraleer ze hun tweede of derde beurt aanvatten om hun score te verbeteren (3 x individueel elke oefening).

In het tweede gedeelte dagen ze  telkens iemand anders uit om de spelvormen samen uit te voeren. Dit doen ze voor elke oefening 1x. De begeleiders vullen telkens de scorekaart in. In ronde 1 wordt de beste score behouden.

Sommige opstellingen kunnen voor 2 spelletjes gebruikt worden. Voor de eenvoud werken we steeds met veelvouden van 3.

Uiteraard zijn eigen spelvormen zeker mogelijk.

1. Werpen - deel 1

Bollo Smitto: met 3 shuttles proberen om 9 kokers bovenhands omver te gooien op een tafel vanop 3m afstand: eerste ronde individueel (= oefenen = autonomie), dan een ronde per twee (betrokkenheid)

Puntenverdeling:

  • Individueel: minimum 3 kokers omver = 1 punt, 6 kokers = 2 punten, 9 kokers = 3 punten.
  • Per twee: 3 spelletjes tegen elkaar het meeste kokers omver met 3 shuttles:
    • Stand 3-0 = 3 punten voor winnaar, 1 punt voor verliezer.
    • Stand 2-1 = 3 punten voor winnaar, 2 punten voor verliezer.

2. Werpen - deel 2

Gooipetanque: gooi je shuttle 6 keer bovenhands vanop 6 meter zo dicht mogelijk in een getekende zone (of mandje of doos). Maak de doelzone groot genoeg. Gebruik versleten veren shuttles die je kan dichtknijpen om de moeilijkheidsgraad aan te passen. (dichtgeknepen = voor de jongste spelers.)

Puntenverdeling:

  • roos of doos: midden = 3 punten, 2 en 1 punten in de randen.
  • Individueel: scores optellen: 14-18 = 3 punten, 9-13 = 2 punten, minder dan 9 = 1 punt.
  • Per twee: 3 spelletjes tegen elkaar: 6 x shuttle gooien, wie het meeste punten heeft wint het spel.
    • Stand 3-0 = 3 punten voor winnaar, 1 punt voor verliezer.
    • Stand 2-1 = 3 punten voor winnaar, 2 punten voor verliezer.

3. Behendigheid & Wendbaarheid

Slalom tussen kegels: differentieer: -9 mag shuttle op racket, oudere kinderen shuttle hoog houden. Tijdopname 3 toertjes. Shuttle valt op de grond = oprapen en verder doen.

Puntenverdeling:

  • Individueel: bepaal een tijdsindeling voor 1, 2 en 3 punten.
  • Per 2: beste tijd krijgt 3 punten, tweede: verschil is kleiner dan … seconden = 2 punten, verschil is groter dan … seconden = 1 punt.

 

4. Snelheid

Snelheidsestafette: 4 kegels staan op een rij ongeveer 3 meter uit elkaar. In de tweede kegel steek je een shuttle. De speler heeft een shuttle. De spelers vertrekken aan de eerste kegel en steken hun shuttle in de derde kegel, lopen rond de laatste kegel en nemen in het terugkeren de shuttle van de tweede kegel, lopen rond de eerste kegel en doen zo 3 rondjes. De tijd word opgenomen.

Puntenverdeling:

  • Individueel: bepaal een tijdsindeling voor 1, 2 en 3 punten. (verschillend per leeftijd)
  • Per 2: beste tijd krijgt 3 punten, tweede: verschil is kleiner dan X seconden = 2 punten, verschil is groter dan X seconden = 1 punt.

5. Vangen

Een begeleider geeft negen shuttles aan naar de overzijde van het veld. Hij bepaalt zelf de moeilijkheidsgraad. De kleinste kinderen (-9) vangen met een vangracket. De -11 vangen met de handen. De oudere spelers vangen de shuttle met een gewoon racket.

Puntenverdeling:

  • Individueel: minder dan 4 shuttles vangen = 1 punt, 4 – 6 shuttles = 2 punten, 7 – 9 shuttles = 3 punten.
  • Per twee: om beurt vangen. Wie het meest shuttles gevangen heeft van de 18 aangegeven shuttles wint.
    • Verschil gelijk of kleiner dan 5 = 3 punten voor winnaar, 2 punten voor de verliezer.
    • Verschil groter dan 5 = 1 punt voor de verliezer.

6. Verre opslag

Laat de kinderen 9 shuttles opslaan uit 3 verschillende zones naargelang hun vaardigheid bij de verre opslag. Je kan dit doen door 3 banken langs één kant van het veld te zetten waar de kinderen tussen kunnen staan. Leg langs de ander kant van het net een 18-tal hoepels uit elkaar.

Puntenverdeling:

  • Individueel: aantal shuttles in de hoepel optellen: 6 of meer = 3 punten, 3 tot 5 = 2 punten, minder dan 3 = 1 punt
  • Per twee: 1 spelletje tegen elkaar: 9 shuttle naar hoepels mikken.
    • Wie het meeste shuttles in de hoepels slaat krijgt 3 punten, is het verschil kleiner dan 3 = 2 punten, is het verschil groter dan 3 = 1 punt.

7. Backhand Opslag

Mik vanaf 3 meter 6 shuttles naar de roos van in spel ‘werpen – deel 2’.

Puntenverdeling:

  • zoals bij werpen – deel 2: 1-2-3 punten individueel, dan per 2.

8. Bowlingbaan

Tussen 2 banken staan 9 rackets rechtop. De spelers proberen in 3 rolbeurten met een tennisbal zoveel mogelijk rackets om te gooien. De moeilijkheidsgraad kan aangepast worden door de rackets dichter of verder uit elkaar te plaatsen.

Puntenverdeling:

  • Individueel: minimum 3 rackets om = 1 punt, 6 rackets = 2 punten, 9 rackets = 3 punten.
  • Per twee: 3 spelletjes tegen elkaar het meeste rackets omver in 3 rolbeurten.
    • Stand 3-0 = 3 punten voor winnaar, 1 punt voor verliezer.
    • Stand 2-1 = 3 punten voor winnaar, 2 punten voor verliezer.

9. Wedstrijd tegen topspeler (= trainer/begeleider)

Speel een korte wedstrijd tegen de topspeler van de club. De wedstrijd eindigt als de topspeler een fout maakt of 7 (9, 11, …afhankelijk van de beschikbare tijd en aantal spelers) punten haalt. Moeilijkheidsgraad natuurlijk aanpassen naargelang het niveau van de individuele speler.

Puntenverdeling:

  • maakt de topspeler een fout, dan heb jij 3 punten. Heb jij 3 of meer punten gescoord, dan heb je ook 3 punten. Heb je 2 gescoord, dan heb je 2 punten, 1 of 0 punten gescoord in de wedstrijd = 1 punt.
  • Geen ronde per twee.

10. Showtime

De jury beslist hoeveel punten je krijgt voor een korte, originele mooie badmintonshow…  In de tweede ronde voer je per 2 gelijktijdig je show op.

Puntenverdeling:

  • Individueel: 1, 2 of 3 punten naar originaliteit en inzet.
  • Per twee: de winnaar 3, de minst originele show 2 punten.

Overzicht Spelen

  • Werpen – deel 1
  • Werpen – deel 2
  • Behendigheid & Wendbaarheid
  • Snelheid
  • Vangen
  • Verre opslag
  • Backhand opslag
  • Bowlingbaan
  • Wedstrijd tegen topspeler
  • Showtime

Minimale Benodigdheden

 

35   Shuttles (kunststof of gebruikte veren)

20   Shuttles nieuw (kunststof of nieuwe veren)

10   Rackets (als kegel)

1     Vangracket

1     Tennisbal

9     Lege kokers

25   Kegels

18   Hoepels

5     Banken

1     Tafel

2     Mandjes/Dozen

1     Trainer/Speler